Voor u gelezen, 1 Korinthe: dienen

Datum

2021-09-05

Kerk

nieuwegein

Predikant

fredblokhuis

Tags

voorugelezen

Tekst

1 kor 1:4-9

Toegevoegd

2021-09-05

Een paar vragen aan het begin:

  • Welke rol speelt de kerk in mijn leven? Hoe part-time ben ik aan het geloven? Volgende week is er de ontmoetingszondag: kijk ik daarnaar uit?

  • Wanneer heb ik God voor het laatst gedankt voor onze gemeente?

  • Hoeveel heb ik aan de kerk?

Hoeveel heb ik aan de kerk: dat is de vraag in Korinthe. Hoeveel helpt de kerk ermee dat ik gezien wordt? Dat ik vooruit kom? Wat levert het mij op?

Korinthe was in 150 BC verwoest door de romeinen. In 40 BC, de tijd van Julius Caesar, werd de stad herbouwd en bevolkt met nieuwe mensen. Je had daar dus veel kansen: er ontstond iets nieuws. Misschien zoiets als USA: krantejongens en miljonairs. Veel immigranten die een kans zoeken. Heb je daarin succes of niet? Daar draait het om in de stad.

Het is een havenstad. Rotterdam of Amsterdam. Misschien wat meer Amsterdam, iets meer bluf. Rotterdam is meer hard werken. Havenstad, dan heb je ook lichte zeden. Helemaal in Korinthe, waar er een grote tempel voor Aphrodite is, de godin van de liefde. Met 2000 “priesteressen” danwel hoeren in dienst.

En dáár, in die stad, heeft Paulus anderhalf jaar gewerkt. In 50 AD schreef Paulus zijn brief, dus zo’n 100 jaar na stichting van de stad. Hij schreef het vanuit Efeze.

Hij begint met “ik dank God altijd voor jullie”. Hij zegt erbij “omdat Jezus jullie genade heeft geschonken, door Hem zijn jullie in elk opzicht rijk geworden”. Oh. Waar hij voor dankt is niet voor iets dat ze zelf hebben bereikt, maar voor wat God heeft gegeven.

Hij zegt ook “jullie zijn één in Jezus”. Maar daar komt ‘ie later op terug met de vraag “waarom zijn jullie dan zo onderling verdeeld”.

In de tekst komt het griekse woord “charis” vaak voor. In het nederlands is het met meerdere termen vertaald. Genade, gaven, enz. In ieder geval iets dat je van God krijgt en niet iets dat je verdient hebt. Lastig voor de Korinthiërs, waar het gaat om status en om wat je bijeen weet te grijpen en graaien.

Iets dat ook vaak voorkomt is het lichaam. Grieken vonden het lichaam minderwaardig, wat je daarmee deed maakte niets uit. Hoeren en sloeren was prima. Paulus moet daar best veel opmerkingen over maken. Ze dachten sowieso al dat ze veel mochten, maar met het geloof erbij zouden ze nog wel veel meer mogen. Nee dus. Er zit egocentrische inhaligheid bij veel Korinthiërs: wat kan ik binnenhalen, binnen en buiten de kerk?

Verderop in de brief gaat het ook over de gaven van de Geest. Oh! Tongentaal! Spreken in vreemde talen! Dáár kan je lekker mee pronken! Gebedsgenezing ook natuurlijk. Dat waren de populaire gaven waarmee je hogerop kon komen in de kerk!

Daar was Paulus het dus helemaal niet mee eens. Gaven zijn ervoor om anderen te helpen! Zaken als tongentaal en gebedsgenezing: daar krijgt Fred uit evangelische hoek ook nog wel eens vragen over. Dat hij niet in tongen spreekt… “Dat komt nog wel eens”. Je geloof is nog maar een mager zesje. En dat er geen gebedsgenezing is in de diensten, da’s ook niet best.

Paulus zet als centraal hoofdstuk het hoofdstuk over liefde neer. 13:5, de liefde zoekt zichzelf niet. Als je geen liefde hebt voor anderen zijn je woorden betekenisloos.

Wat verwacht je van de kerk? Wat voegt het toe aan je leven? Die vragen aan het begin? Kijk er eens anders naar: leer te ontvangen (en vervolgens uit te delen aan anderen).

(In het gebed had Fred nog een mooie formulering: Wilt U ons leren danken? Wilt u ons afleren ondankbaar te zijn?)

 
vanrees.org logo

Reinout van Rees

My name is Reinout van Rees and I program in Python, I live in the Netherlands, I cycle recumbent bikes and I have a model railway.