Als God voor ons is, wie kan dan nog tegen ons zijn?¶

Datum

2021-08-29

Kerk

nieuwegein

Predikant

fredblokhuis

Tags

doopdienst, erggoed

Tekst

Rom 8:31

Toegevoegd

2021-08-29

Laatst was Fred een preek voor een trouwdienst aan het schrijven en hij liep daar helemaal in vast. Een trouwdienst, daar komt een gemêleerd gezelschap. Hij probeerde met iedereen rekening te houden. Allemaal “stemmetjes” die zeiden “dit hoort er niet in” en “dat kan je toch niet zeggen”. Hij hield geen preek meer over…

Stemmetjes… negatieve stemmen… Romeinen 8:31 en verder. Veroordelende stemmen, veroordelende machten, enz. Je doet het niet goed! Jij kunt veel beter! Jij bent met verkeerde dingen bezig!

Gelovige negatieve stemmen kan ook. Je denkt zeker dat je zomaar bij God kan komen! Je denkt zeker dat je geloof groot genoeg is!

Vaak komt het hier op neer: verdien ik het wel dat er van mij gehouden wordt?

In de psychologie hebben ze er een term voor: negativity bias (zie wikipedia). Onze hersenen zijn erop gericht meer aandacht te schenken aan negatieve zaken. Als er op een dag één ding verkeerd gaat kan dat je hele dag verpesten. Eén negatieve opmerking kan tien positieve opmerkingen teniet doen.

In het begin van de brief aan de Romeinen, 1:21, ging het over eer. “Eer die ze niet aan God gaven”: het gaat er daar over dat ze God de eer niet gaven door niet naar Zijn oordeel te luisteren: hun eigenwaarde hing af van het oordeel van anderen. Niet van wat God van hen vond. Want is dat niet de ultieme eer die je aan iemand geeft, dat je je eigenwaarde af laat hangen van zijn mening? Dus… aan wie geven wij die eer?

Jezus kam als mens op aarde. Hij zit in een wereld vol van zonde. Allemaal veroordeling, allemaal negativiteit. Rom 8.3. Maar de zonde heeft geen grip op Jezus, want hij luistert alleen naar het oordeel van zijn Vader! Dat is het enige dat voor Hem telt: zijn Vader die van Hem houdt. Niet alle oordelen en meningen van de mensen om Hem heen.

Toen hij aan het kruis stierf was dat om alle zonde te verslaan.

Jezus nodigt ons uit om ook zo vrij te zijn. Wie zal ons nog veroordelen? We zijn niet meer afhankelijk van het oordeel en de mening van anderen, maar alleen van God. We worden vrijgeplijt, ondanks dat we in het beklaagdenbankje zitten.

Als God voor ons is, wie kan dan nog tegen ons zijn? Welke juf, baas, ouder, kind, echtgenoot, collega?

Positiviteit vanuit God is tegengif tegen de negativity bias. Als je met je kleine kindje bidt (noot: het was een doopdienst) dan dank je voor het lekkere eten, dan bid je niet voor vergeving van alle zonden van het vreselijke joch.

Mooie gedachte nog: perfectie hoeft niet. God alleen is perfect. Perfectie is nogal eens iets waar we elkaar mee om de oren slaan. Maar dat hoeft dus niet.