2018-03-11
Genesis 28
2018-03-11
Vorig jaar mocht een dakloze, Mark, uit Utrecht de paus interviewen. Zo’n interview gebeurd maar zelden. En dan ook nog door een compleet onbekende dakloze. Het blijkt een leuk interview te worden. Na afloop werd Mark geïnterviewd: “Ik kan nu al zeggen dat mijn leven veranderd is. Ik ben een ander mens.” Net zoiets heeft Jakob.
Jakob moet vluchten. Hij is ver van huis, niet meer in de hem bekende omgeving. En dat terwijl hij vroeger het liefst thuis was bij zijn moeder en bij de tenten (terwijl Esau buiten aan het jagen was). Dus voor Jakob is het nogal wat. Hij moet zelfs eenzaam in de open lucht slapen.
Hij is op zijn eenzaamst en kwetsbaarst: juist dan komt God hem opzoeken. Let op: God zoekt hem op. Niet omgekeerd. Jakob is niet zo’n vrome jongen.
Wie is deze God eigenlijk? Jakob krijgt een droom. Met daarin God die Jakob een grote belofte doet. God stelt zich voor als “de god van zijn vader Abraham en van Isaäk”. Dat was belangrijk, want Jakob kent God nog niet.
Wij hebben een voorsprong op Jakob! Wij hebben de bijbel. We kennen God veel beter dan Jakob. Dit is nog maar Genesis. Er zijn alleen nog maar wat verhalen. Wij hebben de hele bijbel om te lezen inclusief alle profetieën en de complete geschiedenis!
Er zitten details in het verhaal. “De god van zijn vader Abraham en van Isaäk”: eh, zijn vader Isaäk wordt geen vader genoemd. Opa Abraham wel. Jakob had geen goede band met zijn vader. Pas laat in z’n leven kan hij Isaäk “vader” noemen. God houdt daar rekening mee.
Veel goden waren “lokaal”. “Familiegoden”. En God stelt zich hier voor als iemand die altijd en overal bij Jakob is. Oh? God zoekt Jakob op. En kan hem overal een huis geven. Jakob zocht God niet: hij dacht waarschijnlijk dat het zijn god (nog) niet was en überhaupt dat hij zo ver van huis geen macht zou hebben. Verrassing! Wel dus.
Dit geldt ook voor ons. We moeten zelf ontdekken dat God ook voor ons kiest. Dat Hij ook onze God is. En dat het niet alleen de god van onze ouders is. En niet alleen de god van de kerk. God is ook heel persoonlijk voor jou. Dat zul je als jongere moeten leren.
Je gaat allerlei dingen ontdekken. Zaken liggen anders dan je oorspronkelijk dacht. Jouw god komt je anders over dan de god van je ouders. Je zult het moeten ontdekken. En je eigen keuze voor God moeten maken. In de kerk hebben we er een speciaal ritueel voor: de openbare geloofsbelijdenis. Dan maak je je keuze openbaar.
Je kan er trouwens als het moeilijk is wel op terugvallen: de “god van de kerk” is er altijd en “de god van je ouders” is er altijd.
Vertrouwen…. dat is lastig voor Jakob-de-bedrieger. Want dat was zijn bijnaam. Kan jij God dan vertrouwen? Zoals de waard is vertrouwt hij zijn gasten.
God deed hem een grote belofte. Heel het land wordt van hem. En hij krijgt heel veel nakomelingen. Hm. Jakob doet zelf ook een belofte: als God hem veilig terugbrengt. Veilig terugbrengen is voorlopig genoeg, de rest van de belofte doet er nog niet veel toe.
Jakob vertrouwt God nog niet op alle vlakken, maar is wel onder de indruk. Hij bouwt een altaar. Op zich is God niet te vangen in een plek. Hij is niet zo beperkt. Er zijn weliswaar veel “heilige plekken” op de aarde, maar dat ligt aan ons mensen die dat soort plekken nodig hebben..
God is daar niet te vangen. Ook niet in de kerk.
Zie ook het scheuren van het gordijn dat de afscheiding van het heilige der heilige in de tempel vormt op het moment dat Jezus sterft: er is geen scheiding meer. Je kan rechtstreeks contact hebben.
Jezus is “de jakobsladder”. Hij wil een ladder in ons leven neerzetten. Rechtstreeks contact met God. Hij wil bij ons wonen! Hij komt naar ons toe, net zoals hij naar Jakob toe kwam. Of we nou willen of niet…
Hij staat midden in ons leven. Hij staat midden in de wereld. En hij wil niets liever dan dat we een relatie met Hem hebben. En hij wil niets liever dan dat wij gaan bloeien. En niets liever dan dat we “ja” tegen hem zeggen.
My name is Reinout van Rees and I program in Python, I live in the Netherlands, I cycle recumbent bikes and I have a model railway.